Hoe werkt de HelpSoq?

Zelf je kous aantrekken

1. Alle maten kousen behalve Small

Allereerst herhalen we hier dat niet alle maten kousen geschikt zijn voor de HelpSoq. Het zijn de allerkleinste maten die niet bij de HelpSoq passen. Meet daarom vooraf de enkel-omtrek van de kousendrager. Als deze maat 21 cm is of kleiner, dan hoort deze kous niet op de HelpSoq.

Meer over de maatvoering vind je op deze pagina.

Bij confectiekousen herken je die kleine maten aan de letter S of XS in het label. Deze letters staan voor Small en Extra Small. Bij op maat gemaakte kousen zie je in het label een cB-waarde. Als die kleiner of gelijk is aan 21 dan weet je dat de kous niet op de HelpSoq thuishoort.

2. De kous op de HelpSoq plaatsen

Je plaatst de kous op de HelpSoq met een draaiende motor, dus met draaiende wieltjes. De grote wieltjes – bovenop – willen heel graag de kous aanraken en transporteren. Van die gretigheid kun je gebruik maken. Door zelf zo weinig mogelijk kracht te gebruiken. De opening aan de instapkant van de kous houd je loodrecht boven de HelpSoq (zie foto). Dus niet vanaf een zijkant, maar recht van boven. Zodat minstens vier tegenover elkaar liggende wieltjes in één keer in contact komen met de kous.

Dit vraagt misschien enige oefening, maar beslist geen kracht. De machine doet het werk. Ook het ver opensperren van de kous is onnodig. Deze methode is de meest relaxte en lukt bij vrijwel elke kous.

3. Stroeve en gladde kousen

Alle compressiekousen hebben een eigen soort materiaal-stroefheid. Die schaal loopt van zeer stroef naar zeer glad.

Stroeve kousen worden met gemak door de wieltjes van de HelpSoq opgerold. Deze kousen slippen nooit op de wieltjes. Er is een kans dat de kous daardoor wat scheef op het toestel wordt gestroopt. Om scheefheid tegen te gaan hou je het best de kous vast boven de machine. En bied je tijdens het oprollen wat weerstand door de kous lichtjes omhoog te trekken.

Bij heel gladde kousen krijgen de wieltjes moeilijk grip en slippen dan onder de kous door. Zo’n gladde kous trekt nooit scheef, maar kan wel wat hulp gebruiken. Je kunt dan je handen op de kous leggen – zonder kracht, maar met lichte druk – waaronder de wieltjes draaien (zie foto). Zo verbeter je het contact tussen kous en wieltjes en rolt de HelpSoq de kous prima op.

4. De schuif

Beginners moeten even wennen aan de schuif. Vooral op het moment waarop je de machine stil zet, na het oprollen van de kous. Dat doe je nadat de hak van de kous mooi is opgespannen. Die eerste keer voelt wat onzeker. En velen klappen de schuif dan helemaal terug naar nul: uit is uit.

Handiger is om de schuif een klein stukje terug te zetten: in de pauzestand (zie foto). Dan staat de motor ook stil en kun je in alle rust kijken of de kous goed zit. Is die te vér opgespannen, ga je met de rode knop een stukje terug. Is de kous nog niet ver genoeg opgespannen, zet je de schuif nog even aan. Maar meestal zit alles meteen op de goede plek. En dan beweeg je de schuif naar nul en neemt de ring met kous van het toestel.

5. De ring van het toestel nemen

Patiënten met artrose of verminderde kracht in hun handen, hebben wel eens moeite met het afnemen van de ring met daarop de kous. De makkelijkste manier om dit te doen voor mensen zonder enige kracht in de handen, is door de duimen boven op de wieltjes te plaatsen. En daarmee wat stabiliteit te bieden aan de vingers die de ring omhoog trekken.

Deze greep doen de meeste gebruikers al meteen van nature goed. De ring kan na het oprollen een beetje geklemd zitten, want de kous geeft natuurlijk behoorlijk wat druk op de ring. In dat geval kun je met enig geduld wat heen en weer wrikken met de ring, zodat deze steeds verder los komt.
Deze methode vraagt wat geduld maar zorgt er altijd voor dat de ring loskomt van het toestel. Na drie keer doen is dit routine.

6. Handgrepen zijwaarts

Deze aanbeveling is alleen voor liefhebbers. Want het maakt niet zo veel uit waar de handgrepen van de ring terechtkomen. Maar als je dagelijks kousen aantrekt met de HelpSoq, is het handig als je de naad van de opgerolde kous laat samenvallen met de naad van de ring. Want dan heb je altijd de handgrepen aan de zijkant (zie foto).

Bij kousen zonder naad is het vanzelfsprekend dat je de hak van de kous het liefst laat samenvallen met de naad van de ring. Ook dan zitten de handgrepen op een ideale plek. Maar hoe dan ook, als de handgrepen per ongeluk boven en beneden terechtkomen, is het aantrekken van de kous ook nog steeds een eitje.

Ook als je de kous bij een ander aantrekt is het fijn als de handgrepen aan de zijkant zitten. Want dan kun je deze gebruiker betrekken bij het proces, door die het laatste stuk zelf te laten aantrekken en ook de ring open te laten breken.

7. De voet in de kous plaatsen

Wie steunkousen met de handen aantrekt, heeft altijd moeite met het eerste stukje: het passeren van de voet. Want het smalle enkeldeel van de kous moet over de voet en de hak. Hoe dat gaat bij de HelpSoq?

Uiteraard breng je de ring met kous naar de voet. Als je je tenen door de ring (en de kous) steekt, is het superslim om je vingertoppen op de rand van de ring te plaatsen. Zo houd je het afrollen van de kous nog even tegen. Want je wil zeker weten dat zometeen je voet ook echt diep genoeg in de kous is gestoken. Doe je de kous bij een ander aan, dan zijn het je duimen die het afrollen nog even tegenhouden.

Hou je de kous niet tegen, begint deze misschien al af te rollen terwijl je voet onvoldoende in de kous is gegleden. Dat zou jammer zijn, want dan zit de kous niet goed. En moet je opnieuw beginnen. Maar door plaatsing van de vingers op de rand van de ring (zie foto) houd je het afrollen goed onder controle.

Ook als je de kous bij een ander aantrekt is het fijn als de handgrepen aan de zijkant zitten. Want dan kun je deze gebruiker betrekken bij het proces, door die het laatste stuk zelf te laten aantrekken en ook de ring open te laten breken.

8. Lieskousen

Bijna alle lieskousen kun je prima gebruiken op de HelpSoq. Het is wel slim om – voordat je de kous op het toestel zet – de brede band naar buiten toe om te vouwen. Deze band bevat meestal extra elastisch weefsel of een silicone-profiel. En als je de band omvouwt, zul je zien dat de kous heel soepel achter de brede band verdwijnt bij het oprollen op de HelpSoq-ring.

Als de twee lieskousen middels een broekje aan elkaar zitten, dan is de HelpSoq niet geschikt. In dat geval zul je helaas deze kousen met de hand moeten aantrekken.

Bij het aantrekken van de lieskousen, loopt de ring geleidelijk vast tegen het steeds breder wordende been. Je zult dus – voordat de ring vastloopt – deze moeten open-breken. Dan zit op die plek de rest van de kous opgestroopt op het been. Dat laatste stuk doe je dan met de hand.

9. De HelpSoq schoonmaken

Elke patiënt een eigen HelpSoq machine. Dat is de beste manier om hygiënisch te werken. En ook dan is het verstandig het toestel van tijd tot tijd schoon te maken. Bijvoorbeeld twee keer per week. Dat schoonmaken van de HelpSoq kan het best met vochtige doekjes. Zowel de ring als de wieltjes komen met de kous in contact. Dus die maak je dan schoon.

Wij gebruiken daar zelf Fellowes voor (zie foto). Maar er bestaan natuurlijk veel meer vochtige, sanitaire schoonmaakdoekjes. Daarbij kunnen we de HelpSoq niet steriel krijgen, maar we ontdoen het toestel van schilfers, vet en ander vuil. Bij patiënten met open-been wonden, infecties of eczeem is het dagelijks schoonmaken van de HelpSoq zeer zinvol. 

Wie het toestel gebruikt om meerdere personen te helpen bij het aantrekken van de kousen, zal na elk gebruik het toestel moeten schoonmaken. Wij kunnen ook in dat geval niet garanderen dat eventuele kruisbesmetting wordt voorkomen.